Vandaag een recensie van juf Annebel. Juf Annebel is starter en dit jaar aan het werk als invaller in een invalpool. Ze las het boek ‘’Van starter naar young professional’’ van Angela Kouwenhoven en Diederik Brink.
Je startfase in het onderwijs duurt ongeveer vijf jaar, daarna word je young professional. Op dat moment beheers je de fijne kneepjes van het vak, maar blijven er nog voldoende uitdagingen om je verder te ontwikkelen. Als starter wil ik graag weten hoe je jezelf kunt ontwikkelen tot young professional. Doordat ik op dit moment nog geen eigen groep heb, zal ik nog niet alles uit heb boek herkennen. Het zou wel een manier kunnen zijn om mij voor te bereiden op mijn eigen klas.
In dit blog laat ik zien wat praktische handvatten zijn voor iedere starter en wat ik de komende jaren wil gaan gebruiken op weg naar young professional.
Als eerst beschrijven Angela Kouwenhoven en Diederik Brink hun jaren als starter. Angela is begonnen met veel invallen en het delen van klassen. Bij haar werd de behoefte tot fulltime een eigen groep groter. Dat is ook wat ik nu na een half jaar invallen ervaar. Diederik is begonnen met lesgeven op het mbo. Hij heeft geen pedagogische-didactische achtergrond, maar komt wel uit een echt onderwijsgezin.
Vooral de eerste hoofdstukken gaven mij praktische tips om nu al toe te passen in het onderwijs.
Hoofdstuk 1: Klassenmanagement
In het boek werden vier R’en genoemd die hulp kunnen bieden bij opvoeding en in het klassenmanagement. Zorg als leerkracht voor rust, reinheid, regelmaat en routine. Rust is belangrijk voor in de klas: een rustige sfeer, rustige inrichting, rustige houding van leerlingen en leraar en rustig stemgebruik. Samen met de leerlingen creëer je deze energie.
- Als leerkracht is het handig om te kijken naar de uitstraling in de klas. Wat kun jij doen aan de inrichting en waar irriteer jij je aan? Misschien wil je wel geen bewegende knutsels meer aan het plafond.
- Geef leerlingen verantwoordelijkheid over de zorg voor het lokaal en geef ze hier de tijd voor onder schooltijd.
- Maak vaste plaatsen om administratie zaken op te bergen en gooi het overbodige weg.
- Regelmaat en routine zorgen voor voorspelbaarheid, automatisme en structuur. Altijd dezelfde opbouw van een les, altijd dezelfde manier van noteren. Jij als leraar geeft hierdoor duidelijke verwachtingen aan naar de leerlingen.
Hoofdstuk 2: Didactische uitdagingen
Directe-instructiemodel (DIM), Activerende Directe instructie (ADI), Interactieve gedifferentieerde instructie (IGDI) en Expliciete directe instructie (EDI) allemaal verschillende instructiemodellen die scholen geadviseerd worden te gebruiken. Als je nog moet wennen aan een bepaald instructiemodel kan het handig zijn om samen met een parallelcollega of een vakgroepcollega een aantal lessen voor te bereiden.
Hoofstuk 3: Het werk van de leraar buiten de klas
Op de pabo en mijn stages heb ik nog niet veel administratieve taken gedaan. Voor mij als starter is het grote deel hiervan nieuw en hier zal ik mee moeten oefenen zodra ik een eigen klas heb. De volgende tips neem ik alvast mee:
- Bepaal voor jezelf wanneer en waar jij het beste aan je administratie kunt werken.
- Maak een to-do-list die niet te lang is, om uitstelgedrag te voorkomen. Verdeel de lijst over meerdere momenten, zodat je niet een hele middag er mee bezig bent.
Hoofdstuk 4: Sociale veiligheid
Na het lezen van het fragment hierboven, werd ik meteen aan het denken gezet. Wat ga ik invullen in een vriendenboekje bij mijn telefoonnummer en adres? En natuurlijk, de volgende dag kreeg ik de vraag of ik in een vriendenboekje wilde schrijven. Alsof het meisje wist dat ik hierover nagedacht had. Ik heb mijn telefoonnummer niet gegeven en bij mijn adres heb ik alleen mijn woonplaats opgeschreven. Ik denk dat dit ook komt omdat het een invalklas van mij is. In het boek raadden de auteurs aan om te kijken of er schoolafspraken over zijn. Mochten deze er niet zijn, kun je altijd met collega’s overleggen wat zij in deze situaties doen. Daarnaast blijft het belangrijk om zelf goed na te denken welke persoonlijke informatie je wilt delen en welke niet.
In dit hoofdstuk werden ook tips gegeven bij het vervangen van een zwangerschapsverlof.
- Geef de leerkracht vertrouwen dat jij haar taak overneemt. Vraag aan de leerkracht waar zij zich zorgen over maakt, bespreek hoe jij dit kan doen en maak hier afspraken over.
- Neem de verantwoordelijkheid om de afspraken uit te voeren.
- Vraag aan de leerkracht wat ze van jou en van de leerlingen verwacht.
Hoofdstuk 5: generatiemanagement
In dit hoofdstuk werd er antwoord gegeven op de vraag: ‘’Hoe ga je om met collega’s van een andere generatie?’’. Als young professional kun je een brug slaan tussen de oude rotten in het vak en de starters.
Vanaf hoofdstuk 6 informeren de auteurs je onder andere over de arbeidsvoorwaardelijke en rechtspositionele positie van de starter en het cao. Daarnaast wordt verteld bij welke organen je invloed kunt uitoefenen en wat je kunt doen met je ambities. Het boek sluit af met het hoofdstuk ‘’Werknemersblues’’ hierin wordt beschreven wat je kunt doen als het werk je even tegen zit.
Naast deze tips staat er natuurlijk nog veel meer in het boek. Ik raad het boek zeker aan voor iedere starter op weg naar young professional. Daarnaast kan het ook leuk zijn voor de ervaren leerkrachten. Een manier om terug te kijken op hun periode als starter.
Heb jij als starter, young professional of ervaren leerkracht nog goede tips voor andere leerkrachten? Delen mag. Graag zelfs!